FR – Twee unieke plekken om de Leeuwardenaar op het verkeerde been te zetten.
Hoe zet je een Leeuwardenaar op het verkeerde been? Door te vragen waar de Friese Elfstedentocht altijd van start gaat en hopelijk ook weer eindigt natuurlijk. Het antwoord dat je krijgt zal De Swette als start- en De Bonke als eindpunt zijn, […]
Hoe zet je een Leeuwardenaar op het verkeerde been? Door te vragen waar de Friese Elfstedentocht altijd van start gaat en hopelijk ook weer eindigt natuurlijk. Het antwoord dat je krijgt zal De Swette als start- en De Bonke als eindpunt zijn, in de meeste gevallen. “Nee”, zeg je dan als buiten-fries, “ik bedoel het startpunt van de eerste Elfstedentocht”. Het antwoord blijft meestal uit op deze vraag. Maar kom nu eens uit de Kleine Kerkstraat gelopen (prijs gewonnen voor de leukste winkelstraat van Nederland), dan even rechtsaf de Nieuwstad op en dan tegenover het Gemeentehuis ligt daar een smal en klein grachtje.
Daar tegenover nummer 9 aan de Groot Schavernek, het vroegere Hotel Weidema (voor 1877 Het Wapen van Leeuwarden genoemd, zie foto) stonden op 20 december 1890 de eerste 227 schaatsers (6 vrouwen overigens) van een geregistreerde tocht. In 12 uur en 55 minuten reed Willem J H Mulier (Pim) zich naar het allereerste winnaarschap. Dat de volgende dag de Midlumers Douwe Visser en Ruurd van Dijk er een halfuur korter over deden en dat Foeke van de Wal op 2 januari 1891 de tocht nog sneller aflegde, mag geen naam hebben. Pim bleef de winnaar. Van die zes vrouwen haalden de gezusters Lijsbeth en Akke Swierstra uit Jirnsum ook de finish.
De schaatskoorts was officieel geboren toen Pim Mulier in 1908 het initiatief nam tot het organiseren van de tocht der tochten. Advocaat Mindert Hepkema hielp hem door in 1909 de Friese Elfstedenvereniging op te richten. Op 2 januari 1909 startten 22 deelnemers (slechts negen van hen zouden finishen) aan de eerste officiële Elfstedentocht. Vast met hulp van boven zegevierde in 13.50 uur de theologiestudent Minne Hoekstra.
In 1947 werd de toer verlevendigd doordat bijna alle schaatsers gebruikmaakten van trein, lijnbus, taxi’s en andere vervoersmiddelen om wat sneller in Leeuwarden te kunnen finishen (in WO2 hadden de Duitsers het woord ‘finish’ verboden, te Engels. ‘Eindcontrole’ moest het heetten). Na diepgaand onderzoek van het bestuur werden slechts vier wedstrijdschaatsers als eerlijke friezen neergezet. Een van hen was Jan W. van de Hoorn die de tijd 10.51 uur klokte en dus de winnaar was. Helaas nam het bestuur in 1933 het besluit om de wedstrijd kloksgewijs te gaan rijden in plaats van de eerdere tochten die om de Noord werden gereden. Dus eerst in de ochtend langs alle uitgestrekte meren. En hierdoor verdwaalden vele schaatsers in de late namiddag en avonduren in de (vallende) duisternis niet meer bij de uitgestrekte meren. Het jaar 1933 maakte een einde aan de tocht die daarvoor ook voor sommigen een puzzeltocht was gebleken. Tegenwoordig had dat op televisie spectaculaire beelden met reddingshelikopters opgeleverd maar helaas, die tijd is voorbij.
Laten we nog een keer proberen de Leeuwardenaar ook op het andere verkeerde been te zetten. Dat lukt wanneer we een willekeurige passant (graag dicht bij de Hoeksterpoortsbrug) vragen naar het sjabbatpaaltje dat daar moet staan. Trouwens zeer uniek want de meeste sjabbatpaaltjes zijn verdwenen in Nederland. Ook hier weer hoofdschuddende locals. Even een toelichting: op sjabbat moeten Joodse inwoners verplicht rusten. Je mag dan zelfs niet met je kinderwagen de straat op want je ‘mag geen goederen dragen’. Maar binnen een omheind gebied dat door rabbijnen met sjabbatpaaltjes is gemarkeerd mag dat weer wel (eroev genaamd).
En zo’n oud paaltje staat daar nu op die brug in Leeuwarden. In het paaltje zit een ketting of touw verborgen waarmee symbolisch de stad kan worden afgesloten, zodat het een omheind gebied wordt. Eigenlijk had aan de andere kant van de brug ook een paaltje moeten staan maar dat is verdwenen. En zo is het ook met de meeste Joden in Leeuwarden gegaan. Ergens is dit unieke paaltje ook een kleine schandpaal.
[de oude foto’s komen van het Historisch Centrum Leeuwarden HCL; zeer veel dank daarvoor]